We hebben lang getwijfeld waar we Slovenië in zouden gaan en wat de route door Slovenië zou moeten worden. De twijfel zit hem vooral in het klimwerk dat we voor ons zien, maar eigenlijk is de oplossing verbluffend simpel; ten noordoosten van de Italiaanse stad Palmanova is een mini pasje naar Slovenië, naar Idrsko.
We zijn zo over de pas en vanuit Idrsko volgen we de emerald blauwe Soça rivier stroomopwaarts richting Bovec. Bovec is het hart van de buitensport van Slovenië, gelegen in het Triglav Nationaal Park. Dit NP dankt zijn naam aan de Triglav berg, die op zijn beurt weer prijkt op de Sloveense vlag. Dat een berg gebruikt wordt in de vlag, zegt genoeg over de waarde die de Slovenen hechten aan de berg en het park. Slovenen zijn echte buitenmensen en respecteren de natuur. Dat blijkt wel uit het feit dat het overal superschoon is. In Bovec kan er naar hartenlust aan buitensport gedaan worden en dus storten wij ons een dag op kayakken en een dag op ziplinen over 5 kabels van meer dan een halve kilometer. Ondanks de hoogtevrees die ik (Auke) heb, bevalt het ziplinen enorm. Het is echt een kick om van de ene bergwand naar de andere bergwand te roetsjen over een diepe vallei. Eng is het ook niet, het is vooral genieten!
Na 3 dagen Bovec, besluiten we, ook weer naar lang wikken en wegen de Vrsiç pas over te steken richting Bled. De Vrsiç pas is de hoogste pas van Slovenië en een pittige klim met 50(!) haarspeldbochten en stijgingspercentages van vaak meer dan 14%. We blijven de Soça rivier volgen tot we halverwege de klim bij de bron aankomen. Het is even zoeken en ‘via ferraten zonder touwen’, maar de bron die we uiteindelijk te zien krijgen is spectaculair: een schier oneindige diepte waar emerald blauw water uit opborrelt.
Elke haarspelbocht is genummerd en toont de hoogte. Dat kan bemoedigend werken, maar als de energie wat minder is, werkt het flink tegen. Wat ook niet helpt is dat we een flinke regen- en onweersbui over ons heen krijgen. Een paar fietsers die ons zojuist hard passeerden, vinden dat kennelijk een teken om terug te keren. Wij zetten na even schuilen toch door en bereiken aan het begin van de avond de pas en strijken neer in een berghut. De volgende dag is het nog steeds koud (8 graden) en regenachtig. We kiezen ervoor om nog een nachtje te blijven om ook wat in de bergen te wandelen EN om een overheerlijke, traditionele maaltijd te eten, welke ons door een couchsurfer is aangeraden.
Na de Vrsiç pas volgt een prachtige, rappe, afdaling naar het skidorp Kranjska Gora. Tijd om weer wat kleding af te pellen. We bezoeken vervolgens de prachtige 100m hoge Pericnik waterval (waar je achterlangs kan lopen) en de Vintgar gorge (waterspreeuwen!) om in Bled te eindigen. Bled ligt er prachtig bij, gelegen aan een meer en met hoge bergen op de achtergrond. Het is er heel toeristisch en werd om die reden afgeraden, maar wij blijven een paar dagen heerlijk op de camping. Even wat wandelen, lezen, zwemmen en dus uitrusten van de fiets.

Na Bled gaan we naar het Bohinj meer. Ondanks dat dit continu werd aanbevolen, valt het ons heel erg tegen. Kennelijk is de bestemming te vaak getipt, want de enige camping hier, blijkt uit te puilen met minimaal 500 tenten en bevat veel te weinig voorzieningen voor de vele camping gasten. Wild kamperen tegen betaling… Maar eerlijk is eerlijk de Savica waterval is imponerend en zo ook het uitzicht vanaf Mount Vogel, uitkijkend over het meer.

De route naar Ljubljana laat maar weer eens zien dat Slovenië een echt buitensport land is en ook is toegerust op fietsers. Naast de prachtige fietspaden, vinden we complete onderhoudsstations voor de fietsen, met gereedschap en een pomp. In Ljubljana verblijven we maar liefst 4 nachten in een pension waar we zelf kunnen koken, dus daar maken we goed gebruik van. Ljubljana is een gemoedelijk stadje van zo’n 200.000 inwoners dat aanvoelt als een groot dorp. We treffen het goed met het internationale straattheaterfestival. Drie avonden achter elkaar gaan we diverse optredens af. Veelal toneel, theater en acrobatiek. De kwaliteit wisselt, maar er zitten hele goede en originele voorstellingen bij, zoals een stel jonge Belgische straatacrobaten die zich samen met hun publiek door de stad heen verplaatsen. Ljubljana is echt een aanrader, omdat het veel te bieden heeft en tegelijkertijd een heel ontspannen sfeer uitstraalt. Ljubljana is voor ons ook de plek om eindelijk onze oude tent (waar inmiddels 2 tentstokken van gebroken zijn) te vervangen voor een 2-persoons Robens van 3,8 kg. Helaas wat zwaarder, echter ook zwaardere kwaliteit en een ‘voortent’ voor als het regent.
Na Ljubljana gaan we begin juli langzaam zuidwaarts richting Kroatië. We gaan langs het meer van Cerknica. Dit is een periodiek meer, soms het grootste meer van Slovenië, andere momenten enorm geslonken. Het meer heeft een ondergronds meer, waarbij als deze vol gelopen is, water naar boven komt via ‘sinkholes’ en de omgeving wordt gevuld tot een enorm meer. Prachtig! Helaas nog steeds geen beren gevonden..
Tevens bezoeken we de grotten van Skocjan en Veliki Otok. Zeer indrukwekkende grottenstelsels, vanwege de grote stalagmieten (staande druipstenen) en stalactieten (druipers). Deze druipstenen ontstaan over miljoenen jaren als koolzuurhoudend water door een kalksteenlaag in een grot druppelt. We maken ook nog even een ommetje via Predjama, een in de rotsen gebouwd kasteel uit de 12e eeuw. Zeer de moeite waard van buiten en wij hebben het daar dan ook bij gelaten.
De laatste overnachting voordat we Slovenië verlaten, couchsurfen we in Kozina, bij Tamara en haar zoon Svarun. Het is een heerlijk ongecompliceerde ontmoeting, waar we wat Nederlands kunnen praten, energie kunnen tanken, de was kunnen doen en flink uit ons dak kunnen gaan op muziek (Rage Against The Machine). Een prachtige afsluiting van een ontzettend fijn land. Het is een klein landje, we hebben maar liefst 17 dagen hier doorgebracht, maar weten zeker dat we hier nog eens naar terug willen!

Het volgende land is Kroatië en dat lonkt! Kroatië speelt de halve finale WK voetbal tegen Engeland, daar willen wij van meegenieten in Kroatië. Dus Kroatië; we komen eraan!!