Japan, deel 3: Hokkaido – Rebun en Rishiri 19-23 juli & onsen

REBUN

De eilanden Rebun en Rishiri liggen vlak voor de kust ten noordwesten van Hokkaido. Rebun is heuvelachtig, ontstaan door schuivende aardplaten. Hier bloeien alpenbloemen op zeeniveau. Klinkt vreemd, echter dit is mogelijk door het extreme (koude) klimaat. Dat hebben we ons laten vertellen, want fauna ondeskundig als we zijn, kunnen ze ons alles wijs maken.

Op de eerste dag na hebben wij heerlijk weer en meer en meer wordt het nabijgelegen Rishiri onthult: een klein, rond eiland, bijna uitsluitend bestaand uit een gedoofde vulkaan van ruim 1.700 meter hoog. We zijn op de eilanden om ‘vakantie’ te houden van de reis. Dus wat rust te houden van fietsen, ruimte voor ieder voor zich en elkaar. Een beetje uitrusten, wie weet bloggen, maar vooral niets moeten. Dat hebben we nodig. We hebben eigenlijk erg veel moeten haasten en het gevoel gehad teveel te moeten. Dat klinkt raar als je op reis bent en baas van eigen tijd, plannen, route en je eigen vervoersmiddel. In Iran haasten we een stuk, omdat we hadden gedacht iets minder tijd nodig te hebben om in Oman te komen waar Hilgien’s ouders op bezoek kwamen. In India en Nepal zaten de hitte en regen op de hielen. In China was het beperkte visum de bezem die ons voortdreef. We dachten met Japan rust te krijgen; “we nemen gewoon de volledige 3 maanden visum-tijd. We gaan minder fietsen en we zien het wel!” En toen bleek dat we de moesson nog niet voldoende ontvlucht waren en kregen we haast om op het noordelijkere, drogere Hokkaido aan te komen. Hier is het in juni het droogst, al liet onze fietsvriend Ivan (waar we een half jaar terug een maand mee hebben getoerd), weten dat hij erg veel regen heeft gehad. Nu in juli is het iets natter dan juni, maar zeker natter dan normaal. En dus hebben we haast tussen de regen door. Bovendien is het eiland twee maal zo groot als Nederland en hebben we daar redelijk wat tijd voor nodig. Met nog een inschrijving voor Vipassana (later meer) is er nog meer stok achter de fietsen…. Dus we hebben haast en merken dat we vooral willen vertragen. Met steeds weer ergens één of meer extra dagen blijven hangen/schuilen voor de regen, doen we dit al. Met deze twee eilanden willen we even helemaal niets. We zijn 7 jaar samen en reizen nu 14 maanden op de fiets met huis en haard achterop de ‘wereld’ over. In de gehele periode zijn we maximaal 12 uur niet samen geweest. 12 uur!!! Dat is erg weinig. Met de vermoeidheid die het reizen helaas ook geeft en af en toe de behoefte even een paar maanden thuis te zijn, gaat het tussen ons ook even minder. Japan is weinig avontuur, het regent te vaak en alles bij elkaar maakt ons minder gezellig. Met alleen je partner aan je zijde is het duidelijk wie het te verduren krijgt… En dus moeten we werken aan rust, ruimte en elkaar.
Als we aankomen op Rebun en naar de camping toe fietsen, zien we zeehonden op de rotsen voor de kust zonnebaden en hoe langer we kijken, hoe meer kopjes we boven het water uit zien steken. Wat leuk! Wildlife 😉

Rebun is een wandeleiland. En dus kunnen we het -natuuuuurlijk- niet laten meer te bekijken dan onze camping. Zodra het droog en half zonnig is, wandelen we en zo wandelen we elke dag een uur of 4. Dat praat makkelijker en 4 uur is net voldoende om moe, maar niet te moe en doch voldaan te raken. We bezoeken de ene dag het noordelijkste puntje, dag twee beklimmen we de Rebunberg van 470m en de laatste dag bewandelen we de zuidkant. De wandelingen zijn mooi! Om weer terug te komen liften we aan het eind de saaiere stukken over de weg naar de fietsen of de camping. Erg grappig; mannen kijken steeds gewoon weg als we met onze duim omhoog staan. De dames geven ons een lift! En steeds hebben we weer leuke gesprekken met onze chauffeurs.

Na twee dagen kamperen aan de noordzijde, gaan we een wildkampeerplek in het zuiden. We passeren daarbij de 19.000 km en een strand met schelpen vol mooie ronde gaten erin. Hoe bizar! Hoe kan dit? Het mysterie lost zich snel op, want kennelijk zijn er zeeslakken die de schelpdieren eten. Om dat te doen boren ze een gat door de schelp heen. Erg knap want die schelpen zijn behoorlijk hard…

Op het zuidelijke puntje van Rebun vinden we een mooi, sappig stuk gras met picknicktafels. Met uitzicht op de vulkaan aan de overkant (Rishiri), hebben we een pracht plek gevonden. Oké misschien wel een beetje opportunistisch/asociaal om de tent op een veld neer te zetten van een horeca onderneming wat tevens een toeristische trekpleister is… Echter zolang we wachten tot het donker wordt alvorens we de tent opzetten en om 7:00 uur ’s ochtends afbreken, moet het kunnen;) Om 4:00 uur komt de zon al op, dus voor daglicht alles inpakken gaat ons (veel) te ver. ’s Nachts (voor ons, het was wellicht nog avond) krijgen we bezoek van 4 mensen. Ze praten, lachen en drinken aan een tafeltje naast ons en lijken totaal niet door te hebben dat we daar met ons camouflage tent staan….! In de ochtend neemt een man foto’s als hij ons opmerkt terwijl hij de hond uitlaat. Als we terugkijken, loopt hij snel verder. Wij ontbijten nog even vluchtig en vertrekken voor de eerste toeristen het bekende huis uit een (voor ons on)bekende film komen fotograferen. Misschien moeten we ons iets meer verstoppen… Deze mooie -beroemde- kampeerplek kunnen we in ieder geval afvinken!

RISHIRI

De vulkaan van 1.700m hoog van Rishiri willen wij graag bewandelen. Bewandelbaar is deze, maar helaas slaat het zonnige weer om en begint het ’s nachts zo hard te regenen, dat we besluiten wat langer in ons tentje te blijven liggen. In plaats van de geplande rust, wilden we toch echt even 10 uur lang bergwandelen en werd het alsnog een rustdag. Het regent de hele dag en de berg is verdwenen in de mist. We settelen ons in de plaatselijke bibliotheek en een shelter om aan ons blog en foto’s te werken. Misschien geen échte rust, al geeft het ons wel wat rust.

De camping biedt naast alle ruimte voor de ene nacht 4 en andere nacht 2 tentjes, meer dan alleen een goed vlak en sappig grasveld. We hebben een afwasdeel, een wasmachine (die we bij aankomst gelijk testen), een vuurtoren, toilethok en 2 gebouwtjes: de ‘shelters’. Douches zijn er niet, daarvoor kan je naar de 300m verder gelegen onsen. Iets waar we nooit weerstand aan bieden.

Wat is een onsen eigenlijk?

Wellicht handig om eens uit te leggen wat een onsen is en hoe het er in zo’n onsen aan toe gaat. Het is typisch Japans en wij maken hier veelvuldig gebruik van. Met name tijdens het wildkamperen is het het perfecte alternatief voor de douche. Die douche die we nooit willen missen. Het gezweet.. de modder op de benen bij een nat wegdek.. de zonnebrandcrème.. wij willen schoon naar bed. En dus zullen we uiteindelijk 17 maal in bijna 3 maanden een nieuwe onsen testen.
De Japanse onsen bestaat minimaal uit één of meerdere baden en indien binnen, vaak met één of een paar sauna’s. Buitenonsen hebben vaak 1 bad die een wisselende temperatuur heeft en in ieder geval ook gevoed wordt door een natuurlijke waterbron, de hotspring.

In Nederland neem je thuis een douche van een paar minuten en daarmee vinden wij onszelf schoon. Dat werkt volgens een Japanner niet. Wil je echt schoon worden, dan moet je weken in een bad. In een bad van natuurlijk water, de hotspring. Maar je moet wel voorgeboend het bad in, want anders zit je in het bad elkaars vuil te delen. Het gaat dan ook als volgt:

Als vrouw zoek je het rode gordijn waar je doorheen mag. Voor de mannen is er een blauw gordijn. Om te beginnen trek je je schoenen uit zodra je de onsen betreedt. Zoals je hier ieder huis betreedt zonder schoenen. Meestal is er een verhoging tot waar je mag komen met schoenen. Trouwens voor je überhaupt binnen komt: heb je tatoeages, dan kan je geweigerd worden. Tatoeages is (nog steeds) vrij ongebruikelijk in Japan en van oudsher hebben alleen criminelen ze. Dus als vermeend crimineel ben je niet welkom.

Je ontkleedt je en bergt je kleding op in een mandje, waarna je gaat douchen. Dat doe je niet staand, maar zittend op een klein krukje. Dat krukje spoel je voor en na gebruik af. De douche neem je in de hand en je spoelt jezelf helemaal af, waarna je je inzeept. Pas op dat je niemand nat sputtert, dat kan echt niet! Desgewenst kan je jezelf scheren en/of je tanden poetsen. Voor het inzepen gebruik je een (aparte, speciale, ruwe) handdoek. Je maakt in een teiltje een sopje aan en schrobt je lichaam met die handdoek en het sopje af. Langdurig. Erg langdurig wordt er gesopt en gedaan. Daar zit je dan… poedelnaakt. In een grote ruimte zonder privacy. Met overal mensen en spiegels. Over het algemeen doet iedereen gewoon zijn eigen ding. Echter als buitenlander val je op. En wat gebeurt er als je opvalt? Precies, dan wordt er gekeken… Het is even wennen. Gelukkig hebben we voldoende onsen getest om hierover heen te stappen 😉

Na het soppen ga je het bad in. Dat handdoekje mag je niet laten slingeren. Die neem je met je mee het bad in. Maar, heel belangrijk, zowel de handdoek als het hoofdhaar mag absoluut niet in aanraking komen met het badwater. Dat is vies. De beste plek om je handdoek veilig te bewaren is dan ook op je hoofd. Dus zitten er naakte mensen in het bad met een opgevouwen handdoek op hun hoofd. Wij vinden het risico dat de handdoek valt te groot (met alle risico’s van dien!) en leggen het stiekem ergens in een hoekje neer. Dat werkt uitstekend.

Baden zijn er vaak in verschillende temperaturen van 32’C-44′ C en vaak is er ook een koud bad van 8’C om af te koelen. De sauna is optioneel, maar natuurlijk wel heel lekker. Je neemt niets mee de sauna in. Hier liggen de ene keer handdoeken, de andere keer niets. Wel even wennen dat je op een handdoek gaat zitten, waar mogelijk al meerdere mensen op gezeten hebben. Soms kan je desgewenst een schone handdoek pakken. Maar ach we zijn allemaal hartstikke schoon geboend toch? 😉

Als je in bad en/of sauna bent geweest, moet je weer onder de douche. Het badderen en zweten heeft namelijk de dode huidcellen losgeweekt en dus kunnen deze met de schrobhanddoek verwijderd worden.

Wij kiezen altijd voor minimaal een paar onderdompelingen in het koude bad. Nee helaas niet met het hoofd, dat is vies. Als we geen koud bad gebruiken merken we dat de hitte tot in de tent bij ons blijft en daarnaast de bloedvaten te ver open blijven staan waardoor duizelingen en flauw vallen op de loer liggen.

Japanners zijn enigszins preuts en conservatief vanuit het perspectief van de Europeaan. De boel beneden bijwerken is totaal niet aan de orde. De zwarte bos verhult alles en steekt af op het witte lichaam. Naakte vrouwen of mannen onderling is geen enkel probleem, het is zelfs het wekelijkse bijkletsmoment. Hier is de plek waar de roddels gedeeld worden. Echter samen met het andere geslacht is een no go. In bikini/zwembroek naar het strand trouwens net zo!!

De Japanner is stiekem heel ijdel, want er zijn niet alleen enorm veel spiegels, tevens staat er altijd een weegschaal om jezelf voor en na het onsengebruik te wegen. En die weegschaal wordt dan ook veelvuldig gebruikt. Net zo goed door ons 😉 Wij denken dat deze erg positief is ingesteld om mensen blij te maken. We wegen hier beide 4-5 kg minder dan voor de reis. Of zijn we echt zoveel afgevallen??

Na dit hele proces kan je de relaxruimte in, waar je nog even wat rust of wat uitzweet. Onder het genot van een kopje gratis, ijskoude thee.
Ja, die onsens en Japanse gebruiken zijn even wennen, maar de ideale uitkomst voor de (wild)kamperende fietser. En de prijs? Die ligt tussen gratis en 1.500 yen, dus max. €12,-.

Terug naar onze camping

De twee shelters op de camping mogen niet gebruikt worden om te koken, te eten, te zitten, laat staan spullen op te laden. Het zijn voorzieningen voor noodgevallen; denk aan een tsunami, onweer of aardbeving. Wij vinden het uitermate zonde dat ze zo weinig gebruikt worden. Wij gebruiken de shelter daarom uitgebreid om te koken, eten en onze elektrische apparaten op te laden. De Japanner zou dit nóóóóit doen, wij zijn in hun ogen waarschijnlijk asociaal. Wij vinden het vooral zonde als dit soort voorzieningen niet optimaal benut worden. Dusss…

De 2e ochtend in Rishiri is het weer onveranderd. Onze laatste hoop op een bergbeklimming vervliegt terwijl de regen met bakken naar beneden komt. Eén ding weten we zeker; de tent is waterdicht. De in Slovenië gekochte tent gaat nu een jaar mee en is niet heel veel gebruikt (lees: te weinig), maar had zeker nog nauwelijks regen meegemaakt. De storm, windvlagen en regen laten zien dat we een droge, sterke tent hebben.

In ‘onze’ shelter waar we echt de enige bezoekers van zijn, kunnen we de tent ophangen om te drogen. Buiten lukt dat nooit. Steeds als de wind hard zijn best heeft gedaan, komt de volgende plensbui langs, alvorens we de tent hebben opgepakt. Als de tent minder nat is en buiten de regen gestopt is en de miezer wegtrekt, pakken we onze biezen en vertrekken. Eerst nog met het idee het hele eiland rond te fietsen (40km). Maar we vertrouwen het weer totaal niet en nemen de snelste route (15km) naar de ferry waar we perfect getimed de ferry naar Wakkanai nemen.

Een gedachte over “Japan, deel 3: Hokkaido – Rebun en Rishiri 19-23 juli & onsen

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s