Vrijdag 10 januari; Hanoi
Het dagje weinig tot niets, computer en zwembad hebben ons goed gedaan. We creëerden de ruimte om vooruit te denken en te plannen. Dit resulteert in een efficiëntie volle dag waarin we onze doelen bereiken. Het is vrijdagochtend 7.15 uur als we het hotel uitlopen naar de bus. Heerlijk ontbijt gehad, schone was op zak en ruim de tijd om de bus te halen. De bus, die limousine heet, brengt ons voor minder dan €6,- binnen 2u naar Hanoi. De limousinebus kan je elk uur van de dag bestellen, haalt je op bij je hotel en heeft 3 eindbestemmingen in Hanoi. Wat een luxe! Met dank aan Rome2rio.com die weet hoe je van a naar b reist, waar dan ook ter wereld!
De taxichauffeur rijdt als een malloot. De vrij typische rijstijl van de Vietnamees. Links en liever nog rechts inhalen, ruimte maken door bumperkleven en toeteren en vol speed naar de bestemming. De bus met 8 stoelen heeft 2 andere passagiers die liggen te pitten terwijl wij ons van de achterbank naar voren verhuizen om minder door elkaar geschud te worden. 45min voor verwachte aankomst zijn we al in Hanoi. Nog geen km verderop woont Quynh, de warmshower host waar onze fietsen en het overgrote deel van onze bagage logeren. We kunnen daar tevens onze vakantiebagage droppen zodat we licht beladen onze to do list door Hanoi kunnen afwerken.
Zo staan we reeds om 10.00 uur bij de ambassade van Laos. Een onverwachte extra must om hier vanochtend te zijn. Sinds 1 januari 2020 is een visum aan de grens niet meer mogelijk. In Vietnam moet je dus in Hanoi naar de ambassade om deze aan te vragen. Als je ’s ochtends komt en $5,- extra betaald, heb je ’s middags je visum binnen. En aangezien het vrijdag is, hebben we haast. Hanoi hebben we uitgebreid bekeken, dus morgen willen we met het visum voor Laos op pad. Het gaat allemaal snel, papieren invullen, pasfoto en paspoort inleveren en om 15.00 uur terug komen.
Tijd voor een tweede ontbijt: Banh My; stokbrood met vlees naar keuze. Heerlijk! We lopen de 5 km naar de Decathlon terwijl we zigzaggend over straat, stoep en langs alle opgegooide barricades onze weg banen. De Decathlon heeft voor dames weinig keuzes in fietsbroeken, behalve de 2 die ik reeds heb, dus we vertrekken zonder de hoognodige nieuwe fietsbroek. Auke vindt een nieuwere versie van zijn verkleurde en versleten fietsbroek+korte overbroek en met nog wat sokken verlaten we half geslaagd de Decathlon. Ondertussen is het alweer 14.15 uur en moeten we enigszins haasten om op tijd bij de ambassade te zijn. Rome2rio geeft de optie bus of lopen, beide 1u of met de Grab-taxi. Grab is de Vietnamese Uber. Eerder gebruikten we een vergelijkbaar systeem in India; kon je kiezen voor een taxi of riksja. En dat was erg succesvol. We downloaden de app, kunnen kiezen tussen brommertje en auto en bestellen een auto. 5 minuten later staat er één te wachten, al hebben we geen idee waar. Na een zoektocht annuleren we deze en bestellen een nieuwe. Eén druk op de knop. De volgende komt eraan en op het scherm kunnen we de auto volgen én vinden. Voor €2,50 brengt hij ons supersnel door het megadrukke verkeer door, exact voor de deur van de ambassade van Laos. Jeeeh, die app is waanzinnig! Geen kans te worden afgezet; de app stelt de prijs vast, geen gedoe over de locatie; die heb je zelf aangegeven en taalbarrières zijn geen barrière meer. Zelfs de berichten van de chauffeur worden via de app over en weer vertaald.

Om stipt 15.00 uur staan we in de ambassade waar het vol is met wachtende mensen. We kunnen gelijk doorlopen en nog geen 3 minuten later kunnen we opnieuw voor een smakelijke bahn my gaan. Weer eentje met varkensvlees en de ander met gehaktballen, wederom succesvol. Risicovol vlees, zeker het gehakt. En dus bestelden we met twijfels. Het stond er 5 uur geleden allemaal net zo bij… De broodjes gaan met het beleg even de oven in. Kwestie van opwarmen, niet doorwarmen. Het smaakt te goed en dus vergeten we voor het gemak het risico dat we nemen. We zien snel genoeg of dit een goed idee was of niet…😉
Nog geen kilometer verder zien we een druk ‘terrasje’ met gekke gerechten in kommetjes. We kijken wat het is en een Vietnamees stel vertelt gelijk dat het iets heel lekkers is, wat me moeten proberen. Dus ja, we konden niet anders en bestellen Chè khúc bach; zoete gruwel en Chè bu’ói; iets van grapefruitolie-yoghurt. Heerlijke gekke ‘desserts’ dan wel verfrissende tussendoortjes. Wauw, wat is dat lekker!

Via wat omzwervingen komen we stipt 18.00 uur volgens afspraak bij Quynh aan. Deze Vietnamees praat Engels met een Frans accent. Hij blijkt in Frankrijk te zijn opgegroeid en later naar Vietnam te zijn ‘terug’ verhuisd. Zijn vocabulaire is geweldig en op vragen geeft hij uitgebreid antwoord. Super, we leren binnen een paar uur meer over Vietnam en de cultuur. En zijn interessante baan. Hij is marine bioloog en houdt zich bezig met de productie van artemia; kreeft-eitjes, een dierlijk plankton dat leeft in zoutmeren; de voeding van babygarnalen. Een uiterst belangrijke voedselbron als wij garnalen op ons bord willen krijgen. Net als bij de mens draait alles om de juiste balans van eiwitten, koolhydraten, vetten, mineralen en vitamines. Het meest interessante van het verhaal is dat de eitjes zich stoppen te ontwikkelen als de omstandigheden niet geschikt zijn. Én zich verder ontwikkelen als de temperatuur, vocht en omgeving wél geschikt zijn. De eitjes worden daarom in slaap gebracht en over de hele wereld vervoerd om ons uiteindelijk van borden vol garnalen te voorzien.
We krijgen honger van het praten over eten en nemen Quynh mee naar een door hem uitgekozen restaurantje; ergens achterin een steegje belanden we in een vieze ruimte met plastic krukjes en een lage tafel met een mandje vol stokjes, lepels, servetten en bamboe tandenstokers; een standaard Vietnamese eetgelegenheid. We eten iets anders dan pho of bun, al lijkt het er op en dan nog wat lekkerder. Weer wat nieuws. Maar die namen…. Die onthouden we niet.
We weten nog wel dat ei-koffie “café trung” wordt genoemd en hoe fantastisch dat smaakt. Ei-koffie kwam in zwang toen Vietnam na 1975 te maken kreeg met handelsembargo’s. (Gecondenseerde) melk was daardoor schaars en dus werd eigeel samen met gecondenseerde melk opgeklopt. We dachten dat het een typische -voor toeristen- luxe koffie was. En ja dat is het misschien ook, maar uit nood geboren. Quyhn ziet er wel wat in om een koffietentje om de hoek met ei-koffie te gaan testen. De koffietent bestaat sinds 1988. Eén van de eerste commerciële bedrijven die kon ontstaan nadat de communistische partij in 1986 privébezit is gaan toestaan en de economie is opengesteld voor het buitenland. De koffietent heeft niet alleen ei-koffie maar enorm veel ei-drankjes. We gaan o.a. voor groene bonen-ei drank. Dit interessant én vies klinkende drankje blijkt een enorm romig, heerlijk toetje om de dag mee af te sluiten. Wauw! Goddelijk. En het klinkt simpel om te maken; de groene bonen is een soort puree. Geen idee hoe dat zit, maar het lijkt op glasnoedels; welke ook van groene bonen of erwten zijn gemaakt. De gelige romige substantie zijn 2 rauwe dooiers met suiker opgeklopt. Dat is alles. Wederom best risicovol maar te lekker om te laten staan. Als dat maar goed gaat!

Zaterdag 11 januari, weer eens een potje fietsen
Een nietszeggende fietsdag. De route is saai, het weer is grauw, de koffie onderweg is matig. We verbazen ons over de hoge, smalle gebouwen. Misschien is grond duur in Vietnam, want op een reepje grond van een paar meter breed, bouwen ze hun huis vaak 4 of 5 verdiepingen hoog. Een heel apart gezicht, zeker als die gebouwen vrijstaand zijn. We wilden niet zo ver fietsen, maar komen toch tot 90 km en als de donkere luchten samenpakken, besluiten we het eerste het beste hotel te checken. Het blijkt een goede keuze, zeker als 1 minuut later een fikse bui losbarst.

Zondag 12 januari, dus toch.
Gisteravond voelde ik (Auke) me niet zo lekker, alsof er een griep zat aan te komen. Wat pijnlijke spieren, rugpijn, lichte hoofdpijn en wat lichte verhoging. We gingen vroeg naar bed, na een potje Qwirkle. Het wordt een spooknacht. Ik kan niet slapen, heb last van misselijkheid en hoofdpijn en lig te zweten in mijn bed. De wekker zetten we van 7.15 naar 9.00 uur. We twijfelen. De 62 km naar Cat Ba kunnen we vast wel fietsen, maar ten koste van wat? Uiteindelijk besluiten we een extra dag in dit hotel te blijven en ik slaap bijna de hele dag. Nu wel gelukkig. Hilgien doet wat nuttige klusjes en later op de dag gaan we nog even de deur uit voor boodschappen en eten. Het gaat beter. Niet geweldig. En ook Hilgien is niet helemaal 100% fit, dus het is goed zo. Er lijkt wel degelijk een voedselinfectie of voedselvergiftiging te zijn opgetreden… al heb ik zelf waarschijnlijk daarnaast een virusje opgepakt. Was het de banh my? Het avondeten in dat smerige, maar drukke tentje? Of de rauwe eidooiers in dat lekkere drankje? We zullen het nooit weten. We weten wel dat Vietnam na een half jaar Japan, Korea en China weer een risico-land is waar we voorzichtiger moeten zijn en de probiotica-pillen weer kunnen gebruiken.
Maandag 13 januari, op naar Catba
We zijn redelijk hersteld. Het was fijn om een toilet op 1m afstand te hebben en in een prettig hotel met keukentje te zitten. Op naar Cat Ba! De fietstocht is niet heel enerverend. Het weer is daar debet aan, want het is fris (graad of 18), grijs en grauw en het landschap niet boeiend. In Haiphong doen we een bakkie koffie op een terrasje en later vinden we zowaar echt stokbrood. Dus niet dat slappe spul dat overal te koop is, maar een stokbrood met een lekker knapperige korst. Samen met het bruine brood uit een grote supermarkt zitten we wat brood betreft dus geramd. Via een brug van ruim 7 km lengte en een pontje waarvan het bovendek zo roestig is, dat je je afvraagt wanneer het naar beneden komt, bereiken we het eiland Cat Ba. Bijna vanuit het niets zitten we in de rotsige heuvels. Cat Ba staat bekend om de karstformaties en de weelderige jungle midden op het eiland. Wij hebben een guesthouse een kilometer of 7 vóór Cat Ba stad geboekt. Eerst hier de omgeving goed verkennen en dan de rest van het eiland.
We komen om 15.00 uur aan, voor ons doen erg vroeg. We douchen en verkennen de omgeving en zien binnen 30 minuten alles wat er te zien valt. Hmmm.. 2 nachten hier, dat is wel erg lang… We hebben een schattig huisje, een voortuin met hangmatten, tafel, stoeltjes en een parasol en naast ons is alleen de eigenaresse en familie aanwezig. Wat een rust!
Dinsdag 14 januari; regen, druilerig en regen
We hebben ons er allang bij neergelegd dat we in de middle of nowhere zitten. Het is slechter weer dan gisteren en tussen de regen door is het soms droog. We kunnen door niets worden afgeleid, al komt de eigenaresse uit verveling graag steeds even buurten. Tijd om 2 blogs te plaatsen, foto’s te selecteren en verder te kijken naar de plannen.

We bedenken in de avond dat we morgen wel in actie moeten komen, want we zien tijdgebrek aankomen in de komende 2,5 maanden voor we huiswaarts keren. Via het hotel boeken we voor 350.000 VND (€14,-) een boottocht door Halong Bay. Een boottocht met een stukje kajakken, wandelen, snorkelen/zwemmen en een lunch inbegrepen. Het klinkt wat te goedkoop om goed te zijn, dus we vragen flink door, mede naar aanleiding van waarschuwingen in de Lonely Planet. De eigenaresse komt super eerlijk en aardig over en geeft aan dat iedereen altijd tevreden terug komt en dus gaan we ervoor, al hoewel nog altijd met enige reservering.
Woensdag 15 januari; op de boot door Halong Bay
We moeten erg vroeg op. We dienen ons rond 8.00 uur bij de boot te melden en hebben nog 12,5 km te fietsen met wat bergjes tussendoor. Bovendien willen we graag nog even pinnen en wat eten halen voor onderweg. Om 7.00 uur zitten we op de fiets, we komen langs de markt waar we gelijk slagen met een tros bananen en wat knaagwortels. Het pinnen lukt niet omdat alle drie de pinautomaten buiten gebruik waren. We berekenen dat we net moeten uitkomen met nog 2 nachten, 2 dagen eten en 1 boot te gaan naar Halong Bay stad, waar de volgende pinautomaat staat. In de haven gaat het soepeltjes, we parkeren de fietsen met bagage bij een parkeerwachter die er niet op zit te wachten, maar tegen betaling kan alles. Om 8.30 uur gaan we met een hele meute de boot op en varen met een heerlijk zonnetje het prachtige karstgebergte door. Overal drijvende vissersdorpjes tussen puntbergen. Wauw wat ziet het hier prachtig uit! Het lijkt op Ninh Binh waar we net vandaan komen, waardoor we er al bijna aan gewend raken. Echter dit is iets wat we daarvoor nooit eerder hebben gezien!


We hebben diverse stops, de eerste op Monkey Island. Een eiland met de grijpgrage makkaken en een top waar je via scherpe mooie rotsen omhoog kan klauteren. Op de top genieten we van onze eigen koffie en een prachtig uitzicht over het bijzondere landschap, alvorens terug te klauteren en verder te varen. Onderweg spot ik de bijzondere Cat Ba Langur apen, helaas te ver weg om ze goed te zien en te fotograferen en zo ver dat niemand anders ze spot. Als we de kans krijgen om 1,5 uur op eigen houtje door de wateren en door grotten te varen, zien we een groepje langurs dichterbij. Deze prachtige witkop langurs met enorme staart (85cm) zijn bijna uitgestorven en zijn nergens anders ter wereld. Er waren hier ongeveer 2.500 en dit reduceerde tot slecht 53 in 2000. Door stroperij voor het maken van traditionele medicijnen en fragmentatie van hun leefgebied. Momenteel zijn hier slechts 65 goudkoppige langurs te spotten. Eén van de meest bedreigde apensoorten ter wereld. En wij hebben het geluk deze van dichtbij (50m) te bekijken. Helaas zonder fototoestel, want sinds alle camera-trammelant durven we de camera niet meer overal mee naar toe te nemen…

Even later wordt aan boord de lunch geserveerd met 6 verschillende schalen waardoor we lekker gevarieerd heerlijk kunnen smullen. De zwem- en snorkelpartij die daarna volgt, slaan we over. Het is ons wat te fris nu de zon zich nog weinig laat zien.
Rond 17.00 uur zijn we herenigd met Knorretje en Iejoor en kijken we terug op een erg geslaagde dag. Prijs-kwaliteit was buitengewoon goed, zeker als je je bedenkt dat 80.000 VND alleen al het entreegeld voor het park is. Een aanrader voor iedereen!
Cat Ba stad hebben we nauwelijks gezien of we fietsen door naar het midden van het eiland waar we voor twee nachten een kamer in het nationale park hebben geboekt. Het is juist donker als we aankomen en met een douche en een matige maaltijd kunnen we de dag afsluiten.
’s Nachts wordt het duidelijk dat we midden in de natuur zitten. De mieren hadden we al van bed geschopt toen wij erin kropen, maar ’s nachts volgt weer bezoek. Het ritselt en ritselt vlak bij mijn hoofd. Dit is niet goed. Auk….! Auk….! Iets eet hier ons brood op! Met de zaklantaarn in de aanslag wachten we tot het geluid terugkomt. Jaaaa! Hebbes, in de spotlight: een muis! Ieeeee…….
Het brood blijkt niet zo lekker, maar de tomaten daarentegen…! We stoppen alles in de koelkast (hebben we daarvoor een koelkast soms??) en draaien ons om. De muis stampt ontevreden weg. En komt niet meer terug. Althans, het geritsel komt niet meer terug nu de zak in de koelkast ligt. Moe genoeg slapen we tot de wekker.

Donderdag 16 januari, Cat Ba National Parc
Zo slecht als het avondeten was, zo lekker is het ontbijt, maar misschien komt dat omdat de verwachtingen bijgesteld waren 😉. We gaan vandaag aan de wandel. Wat het doel is, weten we niet precies. Er is één wandeling, met een paar zij uitstappen, maar het is een beetje onduidelijk hoe lang die wandeling is en hoe lang hij duurt en niemand die er iets over kan toelichten. We gaan dus op de bonnefooi op pad en de wandeling valt erg tegen. Het is lekker even wat anders te doen dan fietsen en het kletst lekker, maar boeiend is de wandeling niet. We wandelen na een kilometer of 8, dezelfde wandeling weer terug, want het is geen rondwandeling, helaas.

We vervangen de Rohloff olie en zetten de spiegels op de fietsen, doen een fruitdrankje en een maaltijd aan de vijver en gaan bijtijds naar bed. Het is namelijk nogal fris en niet aangenaam om lang buiten te zitten.
Vrijdag 17 januari, prachtige natuur
We ontbijten bijtijds, zodat we voordat we op de fiets stappen nog ‘even’ een wandelingetje de berg op kunnen maken. We slapen midden in het Nationaal Park van Cat Ba en naast het restaurant begint de wandeling naar de top. We wandelen binnen 45 minuten over trappen en rotsen omhoog. Onderweg worden we afgeleid door prachtige bomen met luchtwortels, lianen en andere rare wortelformaties die rondom de rotsen de bomen grip geven. Wauw, dit is mooi! De korte wandeling is veel mooier dan de wandeling van gisteren. Maar hé je kan pas vergelijken als je beide hebt bekeken. Op de top aangekomen blijken we tot onze verbazing niet de eerste, er zit een mzungu al van het mooie uitzicht te genieten. Als wij voor ons uit blikken in de verte en van onze koffie genieten, komt er nog een groepje fitte Noren boven. Een populaire wandeling, dat bleek al, maar dus zelfs voor 9.00 uur ’s ochtends!

We lopen in een half uurtje terug naar beneden, pakken in, checken uit en zitten om 10.15 uur op de fiets. Nog alle tijd de ferry van 12.00 uur te halen, 10km verderop. Zeeeeen van tijd. De route is mooi en met alle uitstapjes hebben we nog zoveel tijd over dat we met een koffie en pho-tje de tijd uitzitten. En nog wat langer, want de boot gaat pas om 13.00 uur; de vorige was om 9.00 uur en veel meer boten gaan er niet.
De boottocht is prachtig. Als een rondvaartboot tussen de karstbergen, brengt hij ons in een uurtje naar de overkant; Halong Bay. Vanaf daar fietsen we nog 40 stadse kilometers tussen hotels, hotels, karaokebars, hotels en hotels door. Halong Bay (stad) staat bekend als industriestad, wij zien het als toeristenhub met meer hotels dan appartementen.
Indrukwekkend zijn de enorm smalle hoge kleurrijke gebouwen zoals we nooit eerder zagen. Als dit vervolgens met enige regelmaat een achtertuin heeft met puntige kleine bergen, maakt dat het plaatje helemaal mooi!

En het straatleven… dat blijft ook verbazen. Dan staat er weer een brommertje vol gestapeld met vogelhokjes met bulbuls, dan weer een brommertje volgehangen met goudvissen… De huizen beginnen steeds meer versierd te raken met bomen. Op zijn kerstnieuwjaars voor Tet, hebben mensen takkenbossen in huis die volgehangen worden met tierelantijntjes. Of vol met kleine mandarijntjes; de mini Citrus boom. Bij aankomst in onze nha nghi precies zo. Al had de kat des huizes opeens meer interesse in Iejoor dan in de boompjes, zodra we binnen waren. Hij zat gelijk op en aan de fiets. Allemaal prima, maar nagels slijpen aan de banden vinden we net wat minder prettig… ha wat ziet de wereld er in Azië toch anders uit!
